Karakterisering van het "Etimologiewoordeboek van Afrikaans" (EWA)

F Moerdijk
2010 Lexikos  
Samenvatting: Zesendertig jaar na Afrikaanse etimologieë van Boshoff en Nienaber verscheen er in 2003 een nieuw etymologisch woordenboek van het Afrikaans: het Etimologiewoordeboek van Afrikaans (EWA). Tussen die twee woordenboeken bestaat een wezenlijk verschil. Het werk van Boshoff en Nienaber is vrijwel alleen toegankelijk voor specialisten en niet specifiek bedoeld voor een breed publiek. EWA is juist allereerst bestemd voor de leek die zich interesseert voor de oorsprong en de geschiedenis
more » ... van de eigen taal. Daarnaast biedt het ook de etymoloog en historisch taalkundige een hoop gegevens en inspiratie voor nader onderzoek. Als etymologisch woordenboek bezit EWA een aantal bijzondere, eigen kenmerken. De selectie van de woorden is bepaald door het beoogde gebruikerspubliek. Als gevolg daarvan bevat EWA verscheidene typen woorden die in traditionele etymologische woordenboeken doorgaans veronachtzaamd worden, zoals afleidingen, samenstellingen, neologismen en gemeenzame spreektaalwoorden. De artikelstructuur wordt gekenmerkt door een hoge graad van uniformiteit en consistentie. Het accent ligt op de zogenaamde etymologia proxima, de etymologie waarbij men één stap teruggaat en de meest directe herkomst van het woord biedt. Voorts is speciale aandacht besteed aan polysemie: niet alleen de herkomst van de dominante betekenis van een woord wordt gegeven, maar ook die van zijn eventuele andere betekenis(sen). Benoemingsmotieven komen ook veelvuldig aan bod. In een eventuele tweede druk zouden opvallende verschillen in vorm of betekenis altijd verklaard of in ieder geval besproken moeten worden. Dat blijft nu nogal eens achterwege. Ook zou voorafgaand aan zo'n volgende editie meer onderzoek naar woordhistorisch materiaal uit primaire bronnen voor met name de 17de-19de eeuw verricht moeten worden. Het zou mooi zijn als deze eerste uitgave van EWA de aanleiding tot een dergelijk onderzoek zou vormen. Abstract: Characterisation of the Etimologiewoordeboek van Afrikaans (EWA). In 2003, thirty six years after Afrikaanse etimologieë by Boshoff and Nienaber, a new etymological dictionary of Afrikaans has been published: the Etimologiewoordeboek van Afrikaans (EWA). There is a substantial difference between these two dictionaries. The work of Boshoff and Nienaber is almost entirely accessible only to specialists and not specifically meant for the general public. EWA is first and foremost meant for the layperson who is interested in the origin and the history of his/her own language. In addition it also offers a lot of data and inspiration for further research to etymologists and historical linguists. EWA is an etymological dictionary with a number of special characteristics. The selection of the entry-words has been determined by the intended users. Consequently, EWA contains several kinds of words which are generally neglected in traditional etymological dictionaries, such as derivations, compounds, neologisms and colloquialisms. The entry structure is characterized by a high degree of uniformity and consistency. The focus is on the socalled etymologia proxima, the nearest etymology that goes one step back and provides the most 138 Fons Moerdijk direct origin of a word. Furthermore, special attention has been paid to polysemy: not only the origin of a word in its dominant sense has been given but also that of its other eventual sense(s). Explanations of naming are also frequently indicated. In a future second edition significant differences in form or meaning should always be explained or certainly discussed. At present, these have rather often been neglected. Prior to such a subsequent edition, more research on word historical materials from primary sources especially for the 17th-19th century should also be done. It would be excellent if this first edition of EWA could lead to such an investigation.
doi:10.4314/lex.v14i1.51416 fatcat:4yd4agnqundejooejlcneifrha