Collectieve afkeer en protest in neoliberaal Engeland
Gwen Van eijk
2014
Sociologie
Het Britse tv-programma Benefits Street (Channel 4) veroorzaakte begin dit jaar nogal wat commotie in Engeland. Deze documentaireserie beoogde het publiek een inkijkje te geven in hoe mensen 'leven van een uitkering'. Negentig procent van de bewoners in de gefilmde straat in Birmingham zou afhankelijk zijn van een bijstandsuitkering. Protest tegen het programma kwam onder andere uit de academische hoek, maar ook veel kijkers dienden een klacht in tegen Channel 4. Reden: de programmamakers
more »
... een karikaturaal beeld neer van de bewoners ten gunste van de kijkcijfers. Benefits Street was geen documentaire maar 'poverty porn'. Een ander deel van het kijkerspubliek was op een heel andere manier woedend. De politie ontving talloze aangiftes van kijkers tegen de gefilmde bewoners, naar aanleiding van door het programma onthulde criminele activiteiten van een aantal bewoners. Via Twitter werden bewoners met de dood bedreigd ('Terminate all the scroungers, gas them in their sleep'), waarop enkele bewoners zich genoodzaakt zagen te verhuizen voor hun eigen veiligheid. De collectieve afkeer van sociaal gemarginaliseerde groepen staat centraal in het boek Revolting Subjects van de Britse sociologe Imogen Tyler. De titel van het boek moet op twee manieren worden gelezen. Revolting verwijst enerzijds naar hoe bepaalde groepen 'abject' -walgelijk, minderwaardig, verachtelijk -worden gemaakt, anderzijds wil Tyler laten zien hoe deze gemarginaliseerde groepen zich verzetten (de tweede betekenis van revolting) tegen de classificatie als 'national abjects'. Op basis van interviews, beleidsdocumenten, nieuwsberichten en populaire cultuuruitingen zoals reality-tv en sociale media analyseert Tyler hoe de werkloze 'onderklasse' (in Engeland ook wel aangeduid als 'chavs'), woonwagenbewoners, vluchtelingen en illegale migranten worden verbeeld als minderwaardig en zelfs gevaarlijk, en hoe de neoliberale staat van deze beeldvorming profiteert. Het boek vangt aan met een vrij lang en ingewikkeld theoretisch betoog over het concept abjection, dat voert langs sociologische, psychoanalytische, filosofische en antropologische literatuur en feministische en postkoloniale theorieën. (Voor het woord abjection, het proces van 'abject maken' en de staat van 'abject zijn' bestaat geen Nederlands woord, ik zal dan ook het Engelse woord gebruiken.) Tyler zet zich expliciet af tegen psychoanalytische en ahistorische analyses van abjection. De constructie van bepaalde groepen als abject is een historisch, sociaal en cultu-
doi:10.5117/soc2014.2.eijk
fatcat:c5lfab2uzfdhbcdvwf2bkyfjsa